Van de predikant
Voor alle aankondigingen op deze pagina geldt uiteraard Deo Volente, zo God het wil.
Het is morgen een opmerkelijke dag omdat ik mag herdenken dat ik 64 jaar oud ben geworden. De Heere heeft willen sparen en bewaren. Ook is het een dag van herinnering. Het is ruim 4 jaar geleden dat Mieke is overleden. Die herinnering is de blijvende metgezel op de levensweg.
We hopen weer stil te staan bij de geestelijke strijd. We staan vooral stil bij de verzen 18-20. Vorige keer hebben we gezien wat de wapens van een gelovige zijn. We hoorden van waarheid (rechtschapenheid, integriteit), de gerechtigheid (de herstelde verhouding met God). Zoals een soldaat zijn gordel gebruikt om goed en makkelijk te kunnen bewegen, zo moet een gelovige rechtschapenheid gebruiken om goed en makkelijk te bewegen in een zondige wereld. De Heere Jezus heeft zijn kinderen opgedragen om oprecht te zijn als de duiven…
We komen tenslotte toe aan het slot van de geestelijke strijd. Paulus gaat dan in om het gebed. Dit is het belangrijkste wapen in de geestelijke strijd. We letten dus op het gebed en de geestelijke strijd. We staan stil bij drie punten
1. het belang van het gebed, vers 18.
2. de reikwijdte van het gebed, vers 19
3. het doel van het gebed, vers 20
Vragen
a. waarom in het gebed belangrijk?
b. kun je een aantal gelovigen in de Bijbel noemen die gebeden hebben?
c. hoe moeten we bidden?
d. voor wie moeten we bidden?
e. wat is het doel van het bidden?
We gaan weer verder met de DL. Het is heel belangrijk om die leerregels ook zelfs rustig en regelmatig door te lezen. Het is niet altijd gemakkelijk, maar door de herhaling kunnen dingen duidelijk worden.
Sommige mensen nemen het woord remonstranten heel makkelijk in de mond. Ze verwijten soms iemand zomaar remonstrantisme. Laten we aan dergelijke etikettenplakkerij niet meedoen. We kunnen in de Leerregels nauwkeurig vinden wat de Remonstranten hebben geleerd en waar ze in strijd zijn met de Bijbel. Bij elk hoofdstuk is een aantal dwalingen genoemd en ook worden die vanuit de Bijbel weerlegd. Remonstranten zijn dus mensen die dingen beweren die we in de verwerping van de dwalingen vinden. Neem eens de tijd om de dwalingen van de Remonstranten door te nemen…. Ze staan echt heel concreet in de leerregels.
We gaan vandaag beginnen met hoofdstuk twee. Die hoofdstuk gaat over de verzoening. In de verwerping van de dwalingen kunnen we lezen welke onbijbelse gedachten de Remonstranten hadden. Ze dachten bijvoorbeeld dat de Heere Jezus voor alle mensen gestorven was. Dat is echter onjuist. De Heere is gestorven voor Zijn schapen…
We staan stil bij de eerste vijf artikelen uit hoofdstuk vijf. Dit gedeelte gaat over de verzoening door betaling, voldoening. We staan stil bij vijf belangrijke gedachten, die we trouwens ook in zondag 5 van de catechismus vinden. We letten op:
1. de noodzaak van de voldoening, art. 1
2. het middel voor de voldoening, art. 2
3. de genoegzaamheid van de voldoening, art. 3
4. de waardigheid van de voldoening, art. 4
5. de prediking van de voldoening en de belofte van het Evangelie, art. 5
We hopen op een leerzame en stichtende zondag.
We gaan deze morgen weer verder met de overdenking van de geestelijke strijd. In Efeze 6:14-17 lezen we over de wapens die in deze strijd worden gebruikt. We lezen daar het volgende:
14 Staat dan, uw lendenen omgord hebbende met de waarheid, en aangedaan hebbende het borstwapen der gerechtigheid,
15 En de voeten geschoeid hebbende met bereidheid van het Evangelie des vredes;
16 Bovenal aangenomen hebbende het schild des geloofs, met hetwelk gij al de vurige pijlen des bozen zult kunnen uitblussen.
17 En neemt den helm der zaligheid, en het zwaard des Geestes, hetwelk is Gods Woord;
Paulus gebruikt in dit gedeelte een beeld. Het is het beeld van een Romeinse soldaat. In de BMU kunt u een plaatje vinden van een dergelijke soldaat. Onderstaand heb ik er ook een weergegeven. Dit omdat in de BMU het schild niet goed is weergegeven. Het moet een groot schild zijn. Niet een klein rond schild. Dit blijkt uit het Griekse woord wat Paulus gebruikt.
Paulus wijst op zes zaken die we in het plaatje vinden. Het gaat om de volgende zaken:
1. De gordel die verbonden wordt met de waarheid, rechtschapenheid, integriteit.
2. Het borstwapen, harnas, wat verbonden wordt met gerechtigheid, handelen en leven naar Gods wet en staan in een goede verhouding met God.
3. De schoenen wat verbonden wordt met de bereidheid van het Evangelie. In het Evangelie moeten we staande blijven en ook meedelen aan anderen.
4. Het schild wat verbonden wordt met het ware geloof. Dit moet bovenal aangenomen worden. Paulus bedoelt dat de christenen het geloof moeten beoefenen en daardoor de aanvallen van de duivel weerstaan.
5. De helm der zaligheid, die wordt ontvangen, en die verbonden wordt met de hoop van een christen op het eeuwige leven. De helm is een beeld van het eeuwige leven, 1 Thess. 5:8. Het eeuwige leven is zijn eer en uitzien.
6. Het zwaard des Geestes wat verbonden wordt met het Woord Gods. Door dit geestelijke zwaard, wat de gelovigen ook geschonken is, kunnen ze de listen en leugens van de satan weerstaan. Zo heeft de Heere Jezus dat ook gedaan, Matt. 4:4.
Tal van heerlijke beelden en gedachten zijn er bij de geestelijke strijder te overdenken. Laten we vasthouden dat het aardse leven een strijd is tegen de zonde, de duivel, de wereld en de oude mens. Helaas zijn er niet zoveel mensen die deze strijd strijden. De Heere echter maakt van zondaren strijders in zijn heerlijke legermacht.
Vragen
1. welke zes wapens noemt Paulus?
2. waarom gebuikt hij het beeld van een Romeinse soldaat?
3. waarmee verbindt Paulus de wapens?
4. zijn er meer teksten die wijzen op strijd in de Bijbel? Waarom is strijden belangrijk?
5. welke twee betekenissen heeft het woord strijd in onze bijbelvertaling? Welke betekenis heeft het hier in Efeze 6?
We gaat in deze dienst weer verder met het onderwijs uit onze DL. Onze vaderen hebben het in deze leerregels opgenomen voor de vrije genade van God. Door de eeuwen heen is daarover in de kerk verschil en ketterij geweest. Reeds Augustinus had te maken met Pelagius. Pelagius stelde dat het heil afhangt van de goede werken van de mens. Daar heeft Augustinus krachtig nee tegen gezegd. Paulus leert ons dat het genade is en alleen genade. In de tijd van de Reformatie zien we weer dezelfde tegenstelling. Erasmus wilde de mens laten bijdragen aan zijn behoud. Luther heeft hem weerlegd. Zo ook op de Synode van Dordrecht. Onze vaderen hebben de vrije genaden Gods voluit en ronduit beleden. Dat is het grote belang van de DL.
We zijn gekomen aan het laatste gedeelte van hoofdstuk 1. Verschillende zaken worden aan de orde gesteld. Ik loop ze maar even puntsgewijs langs.
1. Artikel 13 gaat over de vraag of de zekerheid van de verkiezing niet hoogmoedig en zorgeloos maakt, zoals de Remonstranten stelden. Nee, zeggen onze vaderen omdat een waar geloof nooit vruchteloos kan zijn. Als het zorgeloos maakt dan bedriegen we onszelf en zijn we mogelijk helemaal niet uitverkoren.
2. Artikel 14 gaat over de vraag of je in de prediking de verkiezing aan de orde moet stellen. De Remonstranten kwamen met de gedachte dat die maar niet moest omdat het een moeilijk onderwerp is en er verwarring over kan komen. Het antwoord van onze vaderen is dat het in de Bijbel staat, de profeten en apostelen het geleerd hebben en ook de Heere Jezus dat gedaan heeft. Dus er is geen enkele reden om het niet in de prediking aan de orde te stellen. Wel echter op een goede en bijbelse manier.
3. Artikel 15 gaat over het besluit van de verwerping. We belijden een dubbele predestinatie. Dat betekent dat er twee besluiten zijn: een besluit van verkiezing en een besluit van verwerping. Het besluit van verwerping is overigens geen willekeur maar volstrekt rechtvaardig. Ook maakt het besluit God niet tot de bron van de zonde. Zonde doen zondige mensen en duivelen zelf.
4. Artikel 16 gaat over de moeite die iemand met het besluit van verwerping kan hebben. Ben ik niet verworpen. Wie met die vraag worstelt laat zien dat hij niet verworpen is. Want de verworpen mensen zitten helemaal niet met die vraag. Wel is er onderscheid tussen de mensen. Sommigen hebben nog niet die duidelijkheid die nodig is. Die moeten vooral voortgaan in het gebruik van de genademiddelen. Anderen worden aangevochten. God is getrouw. Weer anderen bekommeren zich nergens om. Die moeten zich bekeren. En in de wegen van de Heere gaan wandelen.
5. Artikel 17 gaat over de jong gestorven kinderen. De Remonstranten beweerden dan hun tegenstanders alle kinderen naar de hel verwezen. Dat is echter volstrekt onjuist. De ouders van jong stervende kinderen hoeven in het geloof niet te twijfelen aan het behoud van hun kind, want uit kracht van het verbond zijn die kinderen behouden.
6. Artikel 18 gaat over de tegenstand tegen de leer van de verkiezing. We begeren die leer te overdenken en daarin Gods grootheid te aanbidden. De tegenstanders wordt gewezen op Rom. 9. Daar zegt Paulus dat wij mensen zijn en hoe zouden we onze mond opendoen tegen de hoge en heilige God. Laten we het houden bij Zijn Woord. En dat is ons genoeg.
De komende zondagen hoop ik drie keer in de morgendienst voor te gaan. Ik wilde stilstaan bij Ef. 6:10-20. We kunnen daar lezen over de geestelijke wapenrusting (grieks: panoplia). Het gedeelte valt in drie delen uiteen. Vers 10-13 waarin we de oproep voor de geestelijke strijd lezen. Vers 14-17 waar we lezen over de wapens in de geestelijke strijd. En vers 18-20 waar we kunnen lezen over het gebed en de geestelijke strijd. In de Bijbel met uitleg (BMU) kunt u een mooi plaatje vinden van een Romeinse soldaat in volle wapenrusting.
Het oprechte leven des geloofs wordt in de Bijbel met allerlei beelden omschreven. We hebben bij het Hooglied gezien dat we de relatie van de Heere met zijn volk kunnen weergeven onder het beeld van een goed huwelijk. Er staan in de Bijbel ook allerlei opdrachten aan de gelovigen. We kunnen dan denken aan zaken als gehoorzaamheid, gebed, volharding, discipelschap, bewogenheid en tal van andere zaken. De gedachte van strijd komen we ook heel vaak tegen. De Heere Jezus zegt bijvoorbeeld dat we moeten strijden om in te gaan (Luk. 13:24). Paulus spoort Timotheüs aan tot strijd en volharding (1 Tim. 6:12). Op tal van andere plaatsen komen we het beeld van strijd, inspanning en volharding tegen. Het zou een mooie opdracht kunnen zijn om alle teksten die over geestelijke strijd gaan eens op de zoeken en onder elkaar te zetten. Ik ben benieuwd wie van de jongeren mij een mooi lijstje met teksten en opmerkingen kan toesturen. Probeer het maar eens….
In ieder geval is het oprechte christelijke leven niet gemakkelijk. Er wordt een grote inspanning verwacht. We zien dat ook terug in het leven van vrijwel alle Bijbelheiligen. Paulus heeft bijvoorbeeld ruim 15.000 kilometers afgelegd in zijn leven om het Evangelie te preken. En dat deed hij niet in een dure auto…. Abraham werd een vreemdeling op de aarde. Toen de Heere hem riep moest hij een reis maken van ruim 1000 km en kwam hij terecht in Kanaän waar hongersnood was (Gen. 12:10). Het leven van genieten heeft denk ik niet veel met de Bijbelse roeping te maken, hoewel we de goede gaven van God wel, met mate, mogen gebruiken. Dat is een lastige opgave in onze enorme weeldetijd. Maar weet dat er voor ieder mens een moment komt dat alle spullen voor ons geen enkele waarde meer hebben…. De wereld gaat voorbij….
Terug echter naar de Ef. 6:10-20. We gaan eerst stilstaan bij de oproep tot de geestelijke strijd. We vinden die oproep in Ef. 6:10-13. We lezen daar het volgende:
10 Voorts, mijne broeders, wordt krachtig in den Heere en in de sterkte Zijner macht.
11 Doet aan de gehele wapenrusting Gods, opdat gij kunt staan tegen de listige omleidingen des duivels.
12 Want wij hebben den strijd niet tegen vlees en bloed, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de geweldhebbers der wereld der duisternis dezer eeuw, tegen de geestelijke boosheden in de lucht.
13 Daarom, neemt aan de gehele wapenrusting Gods, opdat gij kunt wederstaan in den bozen dag, en alles verricht hebbende, staande blijven.
Het gaat dus in dit gedeelte om de geestelijke strijd. We letten op drie gedachten.
a. de oproep om te strijden. We lezen de volgende zaken:
Wordt krachtig in de Heere (vers 10),
Doet aan de gehele wapenrusting Gods (vers 11),
Neemt aan de gehele wapenrusting Gods (vers 13). Enkele zaken vallen op. Paulus herhaalt de opdracht tot drie keer. Herhaling betekent in de Bijbel dat iets belangrijk is. Paulus formuleert in bevelen. Geen wensen dus maar bevel. Dat betekent dat het noodzakelijk is. Zonder strijd geen overwinning. Paulus voegt er ook bij: in de Heere. Daarmee bedoelt hij, door het geloof in de Heere Jezus. We kunnen niet in eigen kracht maar wat gaan strijden. Dat ontaardt meestal in de vechtpartij waar de duivel vermaak in heeft. De goede strijd is een strijd des geloofs.
b. de vijanden waartegen gestreden moet worden. We lezen onder andere over:
1. de listige omleidingen des duivels, (vers 11). De duivel probeert op allerlei manieren mensen naar de dood te leiden. In de kerk doet hij dat weer anders dan in de wereld. In onze tijd heeft hij weer andere middelen dan 2000 jaar geleden. Maar keer op keer is hij listig bezig. We zouden het bijna niet opmerken.
2. we lezen over overheden, machten en geweldhebbers dezer wereld. Daarmee worden instrumenten bedoeld waar de satan ruim gebruik van maakt.
3. we lezen tenslotte over geestelijke boosheden in de lucht (vers 12). We kunnen daarbij denken aan op zichzelf goede dingen maar die wel volledig beslag leggen op ons leven. Ons werk kan ons bijvoorbeeld helemaal opslokken zodat er voor de Heere en Zijn dienst geen tijd meer is. Ook kunnen we hierbij denken aan de tijdgeest waardoor we niet meer scherp zien wat zonde eigenlijk is. Elke vorm van ongehoorzaamheid is zonde voor God.
c. het doel waarom gestreden moet worden. We lezen in vers 13 opdat gij kunt weerstaan in de boze dag. De gelovigen moeten zich sterk inspannen om niet te vallen. Gehoorzaamheid, waakzaamheid, gebed en tal van andere zaken zijn belangrijk om te volharden tot het einde. Het is tegen de Schrift als we ons laten meeslepen in allerlei zonden, vooral van deze tijd. Helaas is dat wel de praktijk van velen. Laten we ons echter houden aan de boodschap van de Bijbel en de gehoorzaamheid aan Gods geboden. Daar rust een zegen op.
Vragen
a. welke beelden gebruikt de Bijbel allemaal voor het christelijke leven?
b. waar vinden we in de Bijbel nog meer teksten over de geestelijke strijd?
c. waarom zegt Paulus dat vooral tegen de gemeente van Efeze? Waarom moeten deze gelovigen vooral strijden?
d. wat is het doel van de geestelijke strijd?
e. wat is het verschil tussen met elkaar vechten en de geestelijke strijd?
f. kost de Bijbelse leefwijze vandaag de dag ook veel strijd? Wat is belangrijk voor de Bijbelse manier van leven?
In deze dienst gaan we verder met de overdenking van de Dordtse Leerregels. Vorige keer hebben we stilgestaan bij Gods eenzijdige zondaarsliefde. We hebben hoofdstuk 1: art. 1-6 behandeld. Deze keer gaan we verder met hoofdstuk 1:art. 7-12. Dit gedeelte gaat helemaal over de leer van de uitverkiezing.
De uitverkiezing is een hele diepe gedachte in de Schrift. We weten dat Gods van eeuwigheid heeft uitverkoren en verworpen. Deze dingen zijn voluit bijbels en moeten daarom beleden en gepreekt worden. De uitverkiezing is echter voor ons verstand ook best een moeilijk zaak. Waarom verkiest God Abel en laat Hij Kain liggen in de ellende waar hij zichzelf in heeft geworpen.
We hebben de vorige keer ook gewezen op Jakob en Ezau. Sommigen denken dat Ezau het heel moeilijk heeft gevonden dat hij verworpen was. Men wijst dan op Hebr. 12:16-17. Ezau zou veel berouw hebben gehad maar vond helaas geen genade. De kanttekeningen op de Statenbijbel laten echter zien dat Ezau helemaal geen berouw heeft gehad. Het ging hem om iets heel anders. Zoek het aub eens na! Een hele belangrijke gedachte. Misschien is het wel zo dat iemand die verworpen is daar eigenlijk helemaal geen last van heeft. En dat iemand die door God is verkoren daar best vragen over zal hebben. Zou God naar mij, in mijn zondigheid willen en kunnen omzien… Dat is toch werkelijk een te grote gedachte. Het is misschien we net al bij de zonde tegen de Heilige Geest, waar vorige week over is gepreekt. Iemand die daarmee worstelt laat zien dat hij of zij die zonde niet heeft gedaan. Ik kan eigenlijk nergens in de Bijbel een voorbeeld vinden van iemand die verworpen was en die daar heel erg mee heeft geworsteld. Wel vind ik heel veel voorbeelden in de Bijbel van kinderen van God, die met de genade in hun leven hebben geworsteld. Kortom, iemand die verworpen is die zit daar niet echt mee. Iemand die uitverkoren is kan het maar niet begrijpen dat God naar hem of haar wil omzien.
Terug echter naar de DL. We gaan dus nadenken over DL 1:7-12. We zien drie zaken:
a. het besluit van de verkiezing, art 7. In vier zinnen wordt het besluit omschreven en de Bijbelse grond ervan aangegeven.
b. de aard van de verkiezing, 8-11. Hier worden enkele dingen over de verkiezing duidelijk en worden de dwalingen van de Remonstranten weerlegd. De Remonstranten beweerden bijvoorbeeld dat Gods verkiezing kan veranderen. Maar dat is tegen de Schrift.
c. de zekerheid van de persoonlijk verkiezing door God, art. 12. We kunnen weten of we door God zijn uitverkoren. We kunnen dat niet weten door de diepten van God te doorzoeken. Mensen kunnen God niet narekenen. We kunnen dat wel weten door de onfeilbare vruchten van de verkiezing in onszelf met geestelijke blijdschap en heilig vermaak waar te nemen. De zekerheid van de verkiezing wordt bij onderscheiden trappen en met ongelijke mate verzekerd. Trappen is een ander woord voor delen. Iemand die verkoren is deelt in de verschillende heilsweldaden. Hij of zij weet dus van de onderscheiden weldaden zoals geloof, rechtvaardiging, heiliging, bewaring en vele andere zaken die uit de verkiezing voortvloeien. Bovendien is de zekerheid ook aan maat gebonden. Maat is een ander woord voor graden. Het geloof kan meer of minder sterk zijn. Er zijn graden in de kennis van de heilsweldaden. Kortom, er is heel veel om over na te denken. De Heere geve eenvoud, helderheid, bewogenheid, belangstelling, eerlijkheid en tal van andere zaken die nodig zijn voor prediker en hoorders. Van harte allen Gods onmisbare zegen.
(6 items) | 1 |